Andries Jonker: bij de wederopstanding van De Volewijckers

Op de avond van maandag de 21e januari was het dan zover. In het clubhuis van DVC Buiksloot zouden de leden op deze avond gaan beslissen over de toekomst van DVC Buiksloot. De kantine was zich al aardig aan het vullen en er begon dat zo typische kantine-geroezemoes te ontstaan. Ik stond het op mijn gemak te observeren toen ik een hand op mijn schouder voelde. Ik draaide mij om en keek in het gezicht van een vriendelijke, oudere man. De man vroeg mij of ik hem nog kende. Natuurlijk kende ik hem nog. Hij was in de Noord Amsterdamse volkswijk 'Blauwe Zand', waar ik lang geleden opgroeide, een van de helden van het dorp. Als wij op straat voetbalden en de man voorbij kwam, dan stopten wij direct met voetballen. En dan keken wij hem na. Een magere, atletische man met lange, golvende, blonde haren. Hij speelde in de eredivisie. Hij was de linksbuiten van het Haarlem van de legendarische trainer Barry Hughes. En hij was een echte linksbuiten met een prachtige passeeractie, een prima voorzet en een heel goed schot. De man zei dat hij had gehoord dat De Volewijckers weer terug zouden komen. Ik legde hem uit dat daar vanavond definitief over besloten zou worden. De man begon te vertellen. Over zijn eerste en laatste voetbaljaar bij IJboys. En over zijn hele vroege overstap naar het destijds o zo grote De Volewijckers. Over hoe zijn talent al heel snel herkend werd. Maar ook over het overlijden van zijn vader toen hij nog maar een kleine jongen was. Langzaam vervaagde het geroezemoes om ons heen, steeds meer kreeg ik het gevoel dat de man en ik helemaal alleen waren. En de man vertelde verder. Over hoe moeilijk hij het had gehad met het overlijden van zijn vader. En over hoe de toenmalige trainer van het eerste elftal (die ook al vele jaren in het eerste elftal gespeeld had) zich, samen met zijn vrouw, over hem ontfermd hadden. Heel langzaam zag ik de ontroering over de man heen komen. Hij vertelde dat hij vanavond was gekomen om zijn trainer, de man die zich zo liefdevol om hem bekommerd had, te eren. De ogen van de man werden steeds vochtiger en uiteindelijk liepen de tranen over zijn wangen. Hij vertelde hoe ook de trainer, korte tijd na het overlijden van zijn eigen vader, overleed. Als trainer van A.S.C. De Volewijckers. Na een eredivisiewedstrijd in Utrecht tegen DOS. Nota bene in de spelersbus op de terugweg naar Amsterdam -Noord. Over hoeveel pijn het hem had gedaan om binnen iets meer dan een jaar twee keer op de begraafplaats te moeten staan. Inmiddels was niet alleen de man nog emotioneel. Wij gaven elkaar een stevige hand, omhelsden elkaar en ik beloofde hem dat ik mijn uiterste best zou doen om De Volewijckers weer op de kaart te zetten.

 

Een paar weken geleden reed ik op een dinsdagochtend de parkeerplaats van de club op. Doorgaans is die dan leeg en komt er niemand, maar toen ik uitstapte, kwam er nog een auto de parkeerplaats op rijden. Dezelfde man stapte uit en zei:” Ik hoopte al dat je er zou zijn.” Groter kan het toeval niet zijn, want de kans dat ik op een dinsdagochtend bij De Volewijckers ben, is toch echt beneden de 3%. Wij begroetten elkaar hartelijk en de man opende zijn kofferbak met de woorden: ”Ik wil je iets laten zien.” Er kwamen twee plakboeken uit de kofferbak. Prachtige plakboeken met krantenknipsels uit lang vervlogen tijden. Mooie foto’s, uitgebreide verslagen, interviews en uitnodigingen voor het Nederlands Jeugdelftal volgden elkaar in een hoog tempo op. En de man vertelde er weer bij. Hij keerde terug naar zijn jeugd en zijn carriere. Toen er per ongeluk een bal uit de kofferbak viel deed de man er onmiddellijk een truc mee die ik ook op het trainingsveld bij Barcelona en Bayern München niet gezien heb. Toen ik hem verbaasd aankeek zei hij: ”Tja, dat verleer je niet”, waarna hij mij een boekje liet lezen waarin Frank en Ronald de Boer vertelden hoeveel handigheidjes en trucjes zij van de man geleerd hadden.

 

Na een tijdje vroeg de man of ik op 1 juli met hem mee wilde gaan. Naar de begraafplaats, naar het graf van zijn trainer. Op 1 juli zouden De Volewijckers immers opnieuw opgericht zijn en ter gelegenheid daarvan wilde hij zijn oude trainer een eerbetoon brengen. Ik beloofde de man dat ik dat zou doen, als ik maar enigszins kon. Want als ik tegen die tijd in het buitenland zou werken zou het onmogelijk zijn. De man knikte begripvol. In de weken hierna besloot ik bij Telstar te tekenen, waarna bleek dat maandag 1 juli mijn eerste werkdag zou zijn. Dat is een korte werkdag geworden. Om half 4 hadden wij afgesproken en ik wilde persé op tijd zijn. Ik was er om 10 over 3. Maar de man was er al, hij zat op een bank voor de ingang van de begraafplaats al op mij te wachten. Met een prachtig bos groen-witte bloemen met een kaartje eraan. Samen wandelden wij naar het graf van zijn trainer. Op 30 september 1962 was hij overleden, 8 dagen eerder was ik geboren. Voor het graf stond een behoorlijke struik die de man opzij trok. Tot mijn verbazing stond er een opmerkelijke tekst op het graf: “Een laatste groet A.S.C. De Volewijckers.” Ik kreeg kippenvel. De man liet mij zonder iets te zeggen de tekst op het kaartje bij de bloemen lezen en zette de bloemen met enige moeite bij op het graf. Als vanzelf sloegen wij de armen om elkaars schouders en zo stonden wij samen geëmotioneerd bij het graf van zijn trainer. Net zo vanzelfsprekend lieten wij elkaar weer los, herpakte de man zich en begon hij te vertellen over wat hij zich herinnerde van de begrafenis van zijn trainer.

 

ASC De Volewijckers is er weer. Ik hoop van harte dat het een club wordt in de geest van de trainer en de man. Een club waar voetbal centraal staat, want daarom kwam de man als kleine jongen naar De Volewijckers. Maar ook een club waar iedereen welkom is. Waar iedereen zich thuis voelt omdat hij of zij zich omringd weet door vele andere groen-witten die oog en oor hebben voor elkaar. Laten de trainer, Daan de Jongh, en de speler, Dries Boszhard, een voorbeeld zijn voor alle huidige en toekomstige Volewijckers. Laten wij van onze club weer een prachtige club maken!

 

Andries Jonker

 

Bron A.S.C. De Volewijckers